De bezetters
richtten een burgerbestuur in, dat in Nederland allerlei nieuwe wetten instelde. Er werd
een persoonsbewijs ("Ausweis") ingevoerd, partijen en vakbonden werden verboden
of in organisaties van de "Nationaal-Socialistische Beweging" (NSB) veranderd. |
Het verzet
bouwde in het geheim een organisatie op, die degenen die voor dwangarbeid waren
aangetrokken in staat stelde onder te duiken. Met hulp van deze "Landelijke
Organisatie" (LO) konden ook veel Joden onderduiken. Een van de leidende
persoonlijkheden van de LO werd Helena Kuipers-Rietberg uit Winterswijk, die op 27
december 1944 in het concentratiekamp Ravensbrück omkwam.
Toch was er in Nederland ook collaboratie. Deze reikte zelfs tot het verraden van
onderduikers, vooral van joden. |
Meer dan
100.000 joden, d.w.z. ruim 90% van de de Joodse bevolking van Nederland, werden vermoord. |
Terwijl de
provincies Limburg en Noord-Brabant al in september 1944 door geallieerde troepen werden
bevrijd, gebeurde dit in de Achterhoek pas eind maart/begin april 1945. Op 4 mei 1945
capituleerden de laatste Duitse troepen in Nederland. |
|